Tuk op Geluk

  Kraai   Vindingrijk en intelligent Maar niet zo populair Verstandige vogel die je bent Dat is wel een beetje unfair   Met jou waarheid ging men aan de haal Jouw goede reputatie vloog verloren Maar oproer-kraaien is toch heel normaal Wanneer je als kraai wordt geboren   Dus gooi die last van je gevleugelde schouder Jij bent echt wie je bent zo wijs En ik weet, kraaienpootjes maken je niet ouder Want jij zwarte Kraai wordt ook nooit grijs   Jij kra-kra-krast een gitzwart lied Bescheiden snavel jij jouw eigen verhaal Victorie kraaien doe jij niet Maar net dat maakt jou zo speciaal     EB  

  Regendruppels   Meereizen vanuit de oceaan Opstijgen om in de hemel te geraken Bij dierbaren even op bezoek gaan Samen ons eigen regenwolkje maken   Uit de Hemel storten met zijn allen Voor de natuur een zegen zijn Wanneer regendruppels samenvallen Komt daarna beslist weer zonneschijn   Regenen op aarde is het grootste doel Regendruppels oh zo klein Het lijkt me een heel speciaal gevoel Om eens echt in de wolken te zijn     EB

  Gans   Machtig vleugel gezwaai Druk dynamisch gesnater Een luid plezant lawaai Daar boven dat stille water   Gebundelde veer - kracht in de lucht Wat een snelle sensatie Een familie ganzen in hun vlucht Vliegen vlot in V-formatie   Samen maakt hen krachtiger Gans de familie bijeen Ja met elkaar is zoveel prachtiger Dan gewoon “Gans” alleen     EB

  Gras   Er bloeit iets open langs de kant Het grijskoude stroomt uit de beekjes Een zachte tint vult het land Het winterwit wordt wat bleekjes   De natuur legt er zich bij neer Alsof het niet anders kon Smelt de winter weer Als sneeuw voor de zon   Gras natuurlijk ben jij dan nog groen Dat is een zekerheid Het maakt niet uit in welk seizoen Gras jij groeit gelukkig altijd     EB

  Ezel   Met opvallend luide lachsnoet Sta jij te lonken in de wei Je verrast me met jou gegroet Vol enthousiasme volg je mij   Zonder enige genade Word ik nu lieflijk gestalkt Bedolven onder een vrolijke serenade Hoe heerlijk jij ezel jouw noten balkt     EB

  Lovenhoek Als in de Lovenhoek de Bosanemoon weer gaat bloeien En de beek rond ons bankje is vol aant vloeien Zal in de Lovenhoek de Bosanemoon weer gaan bloeien En de beek rond ons bankje vol vloeien EB

    Winter Winter je strooit jouw vlokjes zo licht Zachtjes besneeuwen zij de grond Je vrieskou glimlacht in mijn gezicht Maakt mijn kaken blozend gezond   Winter jij die jou pracht nu overal verspreidt Jou mooiste wit speciaal hebt uitgekozen Betovert bospaadjes met een sneeuwtapijt Waar zelfs de natuur moet van gaan blozen   Winter sneeuw nu maar zoveel je wil Maak alles witter-mooi Ik genieter, van vredig-stil Vraag nog even uitstel aan jouw dooi     EB  

  Oog voor de Natuur   Op niet eens een steenworp Van mijn geliefde dorp Waar ik zo graag woon Ligt verscholen in het schoon   Een plekje heel bijzonder Het is een wereldwonder Een plekje in het groene-stil Voor al wie het zien wil   Voor wie kan kijken met gevoel Weet direct wat ik bedoel En kan je dit wonder toch niet zien Dan heb je geen oog voor de natuur misschien     EB    

  Smeerwortel   Als mekanieker-vakman Van het hele bos Smeer jij zo nu en dan Hier en daar een takje los   Met jou ruwe bladerkracht Diepgeworteld en sterk Helpen jouw bloempjes heel erg zacht Ook wel eens bij het fijnere werk   De natuur moet je niks meer leren Smeerwortel jij prachtig kruid Af en toe eens iets smeren Helpt ook de mens vooruit     EB

  Paardenbloem   Als een Paardenbloem een wens mocht doen Wat zou dat dan wel zijn Bleven haar blaadjes nog zo groen Of werd ze een paardje in het klein   Mogen openbloeien als deel van de natuur Maakt een Paardenbloem zo gelukkig en puur   Paardenbloemen zijn altijd tevreden Dat is ook de reden Waarom Paardenbloemen niet wensen Die bewaren ze liever voor alle wens-mensen     EB

  Moerasbloempje   Tussen water en land Bloeit een bloempje gedwee In stilstaand water gestrand Vloeit toch een bloemenzee   Niet kopje onder of weggezakt Altijd teder nooit vergeten In elkaar vertakt Een beetje als moeras-magneten   Zo glanst de gracht Zo opvallend mooi Door moerasbloempjes verzacht Valt de wereld weer in zijn plooi     EB    

  Nachtschade   Het zou kunnen beginnen Zoals het in een sprookje gaat Er was eens …een Aubergine Een Aardappel en een Tomaat   Bitterzoet zo vertelt de natuur Een sprookje als een Salade Een sprookje gewassen in cultuur Er was eens…”Duizend en één Nachtschade”     EB

  Look Zonder Look   Hij wilde bijzonder zijn Wilde “Met” en wel meteen Wilde echt niet meer zonder zijn Look Zonder Look voelde zich alleen   Hij ging even grondje onder Werd toen Look Met Look om zich heen Maar dat geurtje vond men niks bijzonder Look Met Look was weer alleen   Lesje geleerd, een beetje een wonder Look Zonder Look is nu content Want het is op zich al heel bijzonder Als je durft te zijn wie je echt bent     EB  

  Herderstasje   Jij, het tasje van een herder Staat in het grasje en wat verder Een arm schaapje zo alleen Snel raap je al je moed bijeen   Een herder mist misschien zijn tasje Maar jij heldhaftig Herderstasje:   Je wuift en je wappert Met je vele armpjes in de wind Je behoedt en je dappert Tot het schaapje zijn weg weer vindt     EB  

  Knoopkruid   Op jouw bloemenhoofdjes fier Draag jij een kwastje fijn Het doet je veel plezier Knoopkruid te mogen zijn   Je schildert en hecht jou knopen Eerst Purper – rood dan zwart in het gras Dankzij jou kan de natuur rondlopen In de mooist geknoopte bloemenjas     EB

  Gele Lis   Ik weet niet wat het is Hoe kon ik jou vergeten Oevermooie, Gele Lis Hoe kon ik niets meer weten Van jouw waterwegen groei Jouw goud en bloemenpracht Jouw sprankelende bloei Zo helder in die gracht   Blij dat jouw beeld weer verschijnt In mijn soms wat troebel hoofd Jouw gloed die nu nimmer verdwijnt Dat is beslist, beloofd!     EB      

  Gelderse Roos   Ik was nog nooit in Gelderland Dat is echt onbekend terrein Ontdekte hier wel een geweldige plant Die toevallig Gelders zou kunnen zijn   Stralend in onze bosjes Jouw bloemen helder en wit Jouw bessen rood en in trosjes Met Gelderlandse pit   Gelderse Roos jij zo fris Je kleurt mijn wandel-dag telkens weer Als Gelderland ook zo prachtig is Bezoek ik het graag eens een keer     EB    

  Duizendblad   Als ik jou zomaar mag zien staan Stel ik me duizend vragen Ga jij ook achter duizend dromen aan Wil jij nog duizend sprongen wagen   Duizend en één keer heb ik gedachtjes Meer dan duizendmaal niets gezegd Duizendblad, de natuur heeft zachtjes Haar wijsheid in de stilte weggelegd   Door jou duizend witte bloemen Klinken toch duizend wilde klanken Gewoon te mooi om te benoemen Hiervoor wil ik je duizendmaal bedanken     EB    

  Brandnetel   Help het bos staat in Brandnetel, het fikt! Een Brandnetelbrand, ja dat prikt! Ook al hebben ze de bermen afgedaan Zie je geen enkele Brandnetel meer staan   Ach onkruid vergaat toch niet Het is de Brandnetel die dit anders ziet Als je goed kijkt zie je het ook Het bos wordt omarmt door Brandnetelrook   Een Brandnetelhaardje hier en nog ééntje daar Ze verwarmen het bos zonder Brandgevaar Daarom hebben Brandnetels wel eens verdriet Want onkruid zijn, neen dat is hun bedoeling niet     EB

  Bosviooltje   Fluweelzachtig en wat woelig Wild, machtig maar toch heel gevoelig Zo klinkt het Bosviooltje dat door de storm wordt bespeeld Zo klinkt het Bosviooltje als het haar kleuren met klanken deelt   Bosviooltje je fleurt uniek Bosviooltje je kleurt als muziek Jouw gevoelige snaar heeft mij diep geraakt En mijn hart voor de natuur weer wat warmer gemaakt     EB

  Boterbloem   Ik heb nog niets gehoord van een Boterbloemen-rel Tussen Boterbloemen botert het dus wel Nog nooit zag ik een Boterbloemen-gevecht Want Boterbloemen zijn altijd oprecht   Boterbloempje jij vredelievend plantje Als het botert tussen elkaar is dat fijn Dus help de wereld maar een handje Zodat wij ook als Boterbloemen kunnen zijn     EB

  Boshyacint   Jouw klokjes in Lentekleur geschilderd Luiden flierefluitend en schuin Vrolijk en een beetje verwilderd Lijk jij wel ontsnapt uit een tuin   Ongetemd vanonder de bomen Heb jij het bos vriendelijk getint Zo moeilijk in te tomen Jij wilde Boshyacint     EB

  Boomklever   Jij vogel die zo zoet bewoog Met jou elegante schok-stapjes Wandelde jij een boom omhoog Tot bij de lekkerste mos-hapjes   Jij vogel ik vind jou wel een slimme Ook al draait er iets in mijn maag Als ik je naar beneden zie klimmen Met dat knappe kopje naar omlaag   Jij vogel je kleeft en je straalt Je lijkt wel vast te plakken Wanneer je langs de bomen afdaalt Jij Boomklever, jij acrobaat tussen de takken     EB  

  Bosaardbei   Omdat mijn hoofd deze gedachte koos Word ik nu helemaal blij Plots denk ik aan een Wilde Framboos Krijg ik zin in een Bosaardbei   Een Braambes zou nu ook wel smaken Een handje vol, vers geplukt De natuur kan van gezondheid blaken Als je jezelf maar een klein beetje bukt   In het midden van de winter kijk ik er al naar uit Mijn mond die er smakelijk van lacht De natuur bomvol Zomerfruit Zo blij dat mijn hoofd daar nu aan dacht     EB  

  Blauwborstje   Ik zag je in het gauw Pijlsnelle vlieger in jou vlucht Warm en Hemelsblauw Met verenwolkjes in de lucht   Je bent zo fel in je nopjes Wanneer je met sier kunt neerstrijken Op de hoogste bomen topjes Om zo jouw vogelwereld te bekijken   Met plezier aanschouw je ’t allemaal Uitbundig start jij de tonen van jouw lied Helder als een Nachtegaal Blauwborstje jij Rockt ‘n fluit jou eigen Beat       EB

  Hulst   Wanneer de Herfst in de lucht hing Was jij door het dorre heen De meest schitterende verschijning Het bos door jou niet meer alleen   Voorzichtig prik je met jou blaadjes Dwars door de koelte van het bos De warmste winter gaatjes Zo laat jij de Kerstsfeer los   Hulst, jij glinstert van finesse Met jou altijd groene glans Met jou vurig rode bessen Wordt de natuur de zaligste Kerstkrans     EB

  Engelwortel   Jouw bladeren als veren vervlogen Geen engel-witte bloempjes meer Ik zag het met mijn eigen ogen Het gebeurde in één keer   Engelwortel als ik zeg Ik heb het wel gezien Jou Engelbloempjes zijn op weg Naar een warme Kerst misschien?     EB

  Hondsroos   Een kopje Rozenbottelthee ingieten Dat kan me altijd wel opfleuren Heel de Zomer heb ik mogen genieten Van jouw rozengeuren   Ik maakte graag een ommetje Voor jou zo zacht in die stekelboom Nu ben jij een vitaminebommetje Hondsroosje met een Rozenbotteldroom       EB

Sneeuwklokje Als het Sneeuwklokje weer luidt Dwarrelen ijsvlokjes nog vlotjes neer Loopt de Winter wat sneller vooruit Van ver gevolgd door Lentesfeer Als het Sneeuwklokje weer opduikt Tussen bladeren heldergroen en fris Haar melkwitte bloempje zich ontluikt Zou het wel eens later kunnen zijn dan het al is EB.

 Schaapje Op een bankje naast een wei Een schaapje staart wat nukkig Met een mondvol gras vertelt het mij : Met wat ik heb ben ik gelukkig Ik kan je zelfs meer vertellen Als ik soms niet slapen kan Ga ik volop mensen tellen Want daar worden schaapjes moe van EB

Populieren Populieren als totempalen Indianen lijken niet ver weg Als zij hun pijl en boog boven halen Hebben wij hier in de Kempen pech Ons hart voor de natuur slaat op hol Wanneer we deze magische bomen -fantasierijkvol- Op ons pad mogen tegenkomen EB.

 Zwaluwen De lucht wordt wat kouder En ik voel het aan mijn schouder Wanneer bomen ontbladeren Gaan Zwaluwen vergaderen Een zwevende zwerm geweld Viva verzamelen in het veld Tokken en tikken in de takken Om weldra naat een warmer plekje af te zakken Ook al spreek ik geen Zwaluwtaal Toch word ik gelukkig van hun verhaal Want zonder echte woorden Brengt het ook mij naar betere oorden EB.

 Wet van de Natuur De Herfst heeft geroepen Dus wordt het bos wat stiller Storm en regen stuurt zijn troepen En dat voelt een beetje killer Ondanks minizonnestralen Wordt het ietwat guur Toch zal de Lente het weer halen Want dat is de Wet van de Natuur EB.

 Aardappelveld Beste aardappelveld Jij lijkt wel getroffen door geweld Door een aardappelmisterie geraakt Wie heeft hier zijn werk gestaakt ? Je ligt er als een hoopje ellende bij Daarvan wordt nu toch echt niemand blij Waarom wil men jou niet afdoen ? 'T is al oktober, je patatjes worden groen Wanneer mogen zij eindelijk uit de grond ? Ik vraag het me telkens weer af met open mond Ik zou het wel weten Als ik jou mag rooien is er eten En misschien geloof je me niet Maar ik maak van jou beslist de allerbeste friet EB.

 De Vink Het was een weekje voor de Herfst begon In de bomen luierde nog de zon De bloemen worden ietwat bleek De Vink lijkt wel van streek Hij zingt enkel "wietwiet" Maar verder geraakt hij echt niet Het water in de beek staat veel te laag En wij stellen ons de vraag Of onze Zomerse wandelsport In de Winter ook nog zo plezant wordt ? Want geen bloem die wil bloeien Geen plant die zal groeien Hooguit wat onkruid Maar geen vogel die daar nog naar fluit EB.